Op 7 juni jl. vond de Algemene Vergadering plaats van de
KVMO. Tijdens die bijeenkomst hield Ton Welter, oud-marineofficier, onderstaand
betoog.
Er was eens een natie waar ik trots op was. Om die reden heb
ik de eed afgelegd op God, Koningin en Vaderland, als jong marineofficier, toen
in januari 1972, 40 jaar geleden.
Verworvenheden
Onze natie werd destijds geroemd om haar tolerantie voor
andersdenkenden en gastvrijheid aan buitenlanders, dat lag in haar karakter.
Zij bood hun een toekomst, al sinds de 17e eeuw was zij daartoe bereid, die
houding werd alleen nog maar versterkt doordat zij vanaf de Tweede Wereldoorlog
een groot voorvechter werd van de erkenning van mensenrechten, zoals vastgelegd
in het handvest van de Verenigde Naties. Zij was ook een van de 6 ‘Founding
Fathers’ van de toenmalige Europese Economische Gemeenschappen, opgericht bij
het verdrag in Rome in 1956, nu uitgegroeid tot een Europese Unie van 27
Europese Staten.
Onze natie werd gerespecteerd om haar open, standvastige en
betrouwbare houding en consequente optreden in kwesties van internationaal
belang, zowel van Europese- als van mondiale aard. In de belangrijkste
internationale fora, zowel op politiek, militair als economisch gebied, liet
onze natie haar stem horen en werd zij geprezen om haar inzet en
professionalisme.
Ze was een gerespecteerde en loyale bondgenoot binnen de
Noord Atlantische Verdragsorganisatie -, zij het dat aan de overeengekomen
financiële bijdrage nimmer volledig werd voldaan - zij werd geprezen voor de
professionele inzet van haar strijdkrachten als daartoe een noodzaak bleek.
Onze natie werd ook geroemd vanwege haar uitstekende
gezondheidszorg, haar onderwijsniveau, vooral ook op universitair terrein, maar
ook, met name om haar niveau van sociale voorzieningen, haar hoogwaardige
culturele instellingen, musea, orkesten en podiumkunsten. Zij werd in het
buitenland geroemd om haar literaire schrijvers.
Als exportland werd ze geroemd om haar hoogwaardige
infrastructuur, zij het dat ook daar met de groeiende welvaart het fileprobleem
begon op te treden.
Vanwege haar internationale en liberale instelling vestigden
er zich vele internationale grote, wereldwijd opererende ondernemingen. Ze werd
geprezen om haar eigenzinnigheid, haar onverdacht idealisme dat onder meer tot
uiting kwam in de procentueel hoogste internationale bijdrage aan
ontwikkelingshulp. Als waardering en erkenning voor al deze verworvenheden,
vonden Internationale Tribunalen en het Internationale Gerechtshof er hun
thuishaven.
Het lijkt wel een sprookje, een droom….
Echter, dat sprookje heeft bestaan: eens het Koninkrijk der
Nederlanden, het land waar mensen van mijn leeftijd in zijn opgegroeid, het
land dat wij mee hebben geholpen zich een gerespecteerde plaats in de
internationale gemeenschap te verwerven, een land om trots op te zijn.
Nederland in 2012
Aan sprookjes komen helaas een eind: Nederland in 2012 is
nog maar een schim van wat het 40 jaar geleden geweest was, tegenwoordig is het
in de mode om het Koninkrijk der Nederlanden te vervangen door een loze kreet
als de ‘BV Nederland’. Ik verwijs gaarne naar het artikel van 24/25 maart jl.
In het Opinie & Debat katern van onze Dichter des
Vaderlands Ramsey Nasr in het NRC Handelsblad. Hij besluit het artikel met:
‘Eigen verantwoordelijkheid nemen’. En last but not least naar het boek van Rob
de Wijk ‘5 over 12’.
Vrij geïnterpreteerd door mij: sta voor je idealen, neem
beslissingen, wees consequent, houd je rug recht, durf tegen de waan van de dag
in te gaan, wees een leider en wees integer en bereid voor je visie te vechten,
ook tegen de meerderheid, tegen de stemming in het land in. Bied ons land een
toekomst, niet alleen in woorden, maar vooral in daden. Durf! Overtuig!
Maar ook het artikel ‘De firma Nederland staat te kijk’ van
een correspondent van de NRC in Brussel, laat aan duidelijkheid niets te wensen
over: ‘Nederland had in Europa een aantrekkelijk imago, daar is weinig van
over’.
Het Koninkrijk der Nederlanden is naar mijn overtuiging
verworden tot een ‘ BV Nederland’ waar het Economische Eigenbelang tot de
hoogste norm is verheven.
De intrinsieke waarden die een natie respectabel maken zoals
ten tijde van het Koninkrijk der Nederlanden, hebben plaats gemaakt voor een
niets ontziend, eenzijdig gericht financieel denkkader.
Onze politici en bestuurders kenmerken zich in hun uitingen
en houding door een verkrampte boekhoudkundige instelling, gespeend van enige
visie, internationaal besef, noch historische kennis, en als zij dat laatste al
hebben, passen zij deze in elk geval niet toe. Zij begrijpen niet, althans
laten dat niet blijken, dat een natie door meer wordt gedefinieerd dan alleen
de hoogte van het Bruto Nationaal Product.
Een derde artikel van Jaus Müller in hetzelfde dagblad, van
dezelfde datum, heeft mij uiteindelijk een indringende aanzet gegeven tot dit
betoog.
De titel is ‘De oorlog die geen oorlog mocht heten’. Het
voerde mij terug naar de onafhankelijkheidsoorlog van de Indonesiërs in het
voormalige Nederlands-Indië, een oorlog die eufemistisch ‘Politionele Acties’
werd genoemd om het volk in Nederland en de Verenigde Naties rustig te houden,
te misleiden dus. Ook toen toonden bestuurders en politici geen ruggengraat.
Een oorlog waarin 150.000 Indonesiërs en ruim 5.000
Nederlandse, veelal jeugdige militairen hun leven lieten, waaronder de
commandant van de Nederlandse Strijdkrachten, generaal Spoor.
Het is genoeg
De neergang van het Koninkrijk der Nederlanden moet gestopt
worden, maar niet door politici, want die zijn helaas daartoe niet bekwaam: zij
volgen de stemming van een kleine minderheid van onze natie, zij durven geen
visie, geen toekomstbeeld, geen beslissingen, geen daadkracht te tonen, bang
als zij zijn om de zgn. ‘bestuurbaarheid van het land’ in gevaar te brengen.
Maar zij realiseren zich niet dat ons land al lange tijd stuurloos is.
Het ligt aan ons, u en ik, Nederlanders, om ons land weer op
koers te brengen, de dames en heren politici zullen ons dan wankelmoedig als ze
zijn, volgen.
Het is genoeg, deze afbraakpolitiek, zeker in militair
opzicht.
Het Nederlandse volk heeft geen flauw benul hoe weinig er
van het Bruto Nationaal Product wordt uitgegeven aan Defensie, de ultieme ‘
zorgpremie ‘ voor het basispakket van een gezond, welvarend en veilig
Nederland.! Onder het motto van het incasseren van het ‘ Vredes dividend’
hebben de dames en heren parlementariërs onverschrokken met een totaal gebrek
aan kennis en inzicht in de politieke en militaire situatie in de wereld, 20
jaar lang het defensie budget gesloopt tot een magere 1,2% van het BNP, net
iets meer dan wordt uitgegeven aan Ontwikkelingssamenwerking…
Op dit moment wordt er krap
€ 7 miljard uitgegeven aan Defensie, dat is 10% van het totale budget
dat we aan Gezondheidszorg uitgeven: € 70 miljard. De consequenties hiervan
zijn desastreus:
• De Koninklijke Marine is gedecimeerd van een ‘Blue water
Navy’ tot een ‘zeestrijdmacht’ van nog maar 6 fregatten met ‘tanden’, echter,
de situatie is nog ernstiger: bij gebrek aan goed opgeleid, maar vooral goed
gemotiveerd personeel zijn er slechts drie schepen operationeel inzetbaar; de
onderzeedienst teert op schepen die ruim 30 jaar oud zijn, de Marine Luchtvaart
Dienst is opgeheven – de zo vernietigend verloren slag in de Javazee, waaraan
een gemis aan maritieme patrouillevliegtuigen voor een groot deel ten grondslag
lag, ah, die les hebben de dames en heren parlementariërs en verantwoordelijke
ministers luchthartig ter zijde geschoven. Het zal mij niet verbazen dat lessen
uit het verleden wegens het politieke risico met opzet selectief worden
‘vergeten’.
• De Koninklijke Luchtmacht, eens een volwaardige Luchtmacht
met 172 F-16’s en 85 Northrop F-5’s, is gereduceerd tot een dertigtal
operationele F-16’s - ruim 30 jaar oud - die alleen maar kunnen vliegen door de
overige resterende 42 F-16’s te kannibaliseren, een beproefd middel ook al
toegepast bij de Koninklijke Marine. Over een vervanging wordt al jaren
gesteggeld, karakterloos is door het parlement nu ingestemd met de aanschaf van
2 ‘proefmodellen’, een definitieve beslissing tot aanschaf van 85 toestellen
wordt telkenmale uitgesteld; als volwaardige partner in dit JSF programma
worden wij nog nauwelijks serieus genomen.
Het beperkte aantal van 3 tankvliegtuigen is nogmaals
verminderd tot 2, terwijl ook de helikoptervloot zwaar is gedecimeerd, juist in
een tijd dat helikopters hun operationele noodzaak in menig scenario hebben
bewezen.
• Van de Koninklijke Landmacht is nog maar weinig over, na
het laatste restje aan ‘fire power’ van 150 Leopard tanks verkocht te hebben,
resten er nog wat pantservoertuigen en wat artillerie als bewapening, terwijl
de met zoveel trots opgerichte Luchtmobiele Brigade nauwelijks tot niet
inzetbaar is gebleken. Inmiddels is mij ter ore gekomen dat de Koninklijke
Landmacht niet schroomt om bij de Deutsche Bundeswehr een aantal tanks ‘te
leasen’ zodat in ieder geval de opgedane kennis van ruim 80 jaar niet verloren
zal gaan. Misschien moet Nederland ook patrouillevliegtuigen gaan leasen bij de
Duitsers…
In feite is voor de ‘krijgsmacht’ het point of no return
gepasseerd, het is niet langer kiezen, maar delen:
Of we keren terug naar een degelijk gefinancierde,
volwaardige en moderne krijgsmacht – ‘overal inzetbaar met een hoog ambitieniveau
tot in het hoogste deel van het geweldspectrum’, óf we schaffen de
‘krijgsmacht’ helemaal af. In dat geval zullen we met nog wat bezuinigingen
hier en daar, in ieder geval financieel technisch gezien weer tot het beste
jongetje in de klas van de EU behoren. Alleen jammer van die wachtgelden en
pensioenen.
Maar een natie kan niet bij economische statistieken alleen
bestaan.
67 jaar vrede leidt tot zelfgenoegzaamheid en een vals
gevoel van veiligheid
De huidige stemming in het Nederlandse parlement is: er komt
toch nooit meer oorlog, zeker niet in Europa, en wat daarbuiten gebeurt is niet
voor ons van belang, zelfs het beschermen van koopvaardijschepen tegen piraten
gebeurt mondjesmaat, nota bene het oerprincipe van het bestaan van een
Koninklijke Marine!
Ziende blind, horende doof, of gewoon niet willen weten,
vanwege gebrek aan het zo geroemde en heilige draagvlak? Om straks als het te
laat is te zeggen ‘Wir haben es nicht gewusst?’ Vliegtuigen van het voormalige
Sovjetblok, tegenwoordig de Russische Federatie geheten (mijn inziens is deze
naamgeving niets meer dan het gieten van oude wijn in nieuwe zakken, gezien de
politieke situatie in het Rusland van President-for-life Poetin), vliegen met
hun lange afstandsbommenwerpers weer over Nederland en Europa*. Er waren
recentelijk nauwelijks 2 F-16’s operationeel inzetbaar om hun ‘scramble missie’
uit te voeren.
Het gecombineerde Duits –Nederlandse Legerkorps – ooit
bestemd om 35.000 man te omvatten, bestaat slechts op papier: materieel en
manschappen zijn niet of nauwelijks beschikbaar, daar er geen fondsen voor
beschikbaar worden gesteld en men het ‘politiek’ niet haalbaar vindt…
Bewakingstaken uitvoeren in de Middellandse Zee tijdens de
Libië oorlog met een mijnenjager ? Dat is niets meer dan ‘window dressing’ voor
het Nederlandse volk, en je als natie bewust tot derisee van de internationale
gemeenschap maken.
Onze politici, bestuurders en parlementariërs dienen het
boek ‘Monsoon ’ van Robert D. Kaplan te lezen. Maar ze kunnen ook het zeer
deskundig geschreven rapport van Defensie ‘Verkenningen – houvast voor de
krijgsmacht van de toekomst’, dat is opgesteld – in het kader van alweer
bezuinigen - voor het vorige kabinet, zeer ter harte nemen om tot enige
realiteitszin te geraken. Helaas is de interesse daarvoor minimaal gebleken:
het rapport ligt onder zeker 1 meter stof, ergens in een bureaulade. Dat men
deze rapportage en de samengevatte rijksbrede deskundigheid die in dit rapport
is samengevat niet ter harte neemt, getuigt naar mijn mening niet alleen van
onverantwoordelijk gedrag, maar ook van dedain voor de intellectuele inspanning
die met dit rapport is gemoeid.
Het is fact-free-politics: emoties zijn belangrijker dan
feiten, stemmen belangrijker dan het landsbelang, zo kenmerkend voor het
intellectuele niveau en daadkracht van onze huidige politici.
Ik kan nog een hele litanie ophangen om duidelijk te maken
dat je van circa € 7 miljard geen volwaardig defensieapparaat in stand kan
houden. Tot nu toe heb ik slechts het materieel genoemd, maar wat te denken van
onze militairen die hun idealen, hun leven, hun toekomst in dienst stellen van
het Koninkrijk der Nederlanden? Hoe gedesillusioneerd moeten zij wel niet zijn
in het optreden van onze politici ? Waar moeten zij in Hemelsnaam nog het
vertrouwen en de motivatie vandaan halen om weer een ‘semi-militaire missie’ à
la de politiemissie in Kunduz of een ‘gebroken geweertje’ missie boven Libië
uit te voeren? Zo van: wel vliegen maar geen bommen afwerpen, want daartoe
ontbreekt alweer dat draagvlak in het Nederlandse parlement? Of nog erger: een
regering die geen overtuigend standpunt wil innemen omdat dit wellicht
impopulair zou kunnen zijn en in het parlement niet op de zo noodzakelijk
geachte kamerbrede meerderheid kan rekenen?
Traditie en draagvlak
Al te vaak horen wij het argument dat het Nederlandse Volk
geen militaire traditie heeft. Wij hebben zelfs in het zeer recente verleden
nog een minister van Defensie gehad die een afschuw had van militaire uniformen
en alles wat naar ‘militarisme’ ruikt. Een andere minister uit de jaren
zeventig van de vorige eeuw, kocht dan wel ‘straaljagers’ maar had een
‘pesthekel’ aan militairen…
Als het er op aankwam gaven wij politiek ook al snel de pijp
aan Maarten, zoals tijdens de verdediging van ons Vaderland in mei 1940 en
Nederlands-Indië in februari 1942. Maar dat lag niet aan de moed van de
militair, dat lag aan de slechte weerbaarheid van de Nederlandse krijgsmacht,
uitgerust met materieel uit de Eerste Wereldoorlog, als gevolg van:
bezuinigingen! Ik wil in dat verband ook graag verwijzen naar de muiterij op
Hr.Ms. de Zeven Provinciën in 1937, ik vermoed echter dat onze hedendaagse
politici ook deze les maar al te graag willen vergeten.
Maar, als het om onze economische belangen ging, dan stonden
wij wel degelijk ons mannetje, ik hoef maar te verwijzen naar de jarenlang
gevoerde oorlogen in Atjeh, en natuurlijk de Politionele Acties die vooral een
economische reden hadden. ‘Indië verloren, alles verloren’ was het devies in
die jaren… En wat zouden we zeggen van de Tachtigjarige Oorlog? Niets minder
dan de invoering van de 10e penning van Alva deed ons eindelijk naar de wapenen
grijpen…
Defensie heeft geen draagvlak onder het Nederlandse Volk,
zeggen onze politici, hoezo? Als het Nederlandse volk op een gepassioneerde en
oprechte wijze wordt verteld dat het zo niet langer kan, dan staat het
Nederlandse Volk pal achter een betrouwbaar, goed uitgerust en volwaardig
defensieapparaat.
Telkenmale weer blijkt dat Nederland ‘ achter zijn jongens
staat’ als zij weer worden uitgezonden. Nederland is daar trots op althans, dat
was nog niet zo lang geleden, ten tijde van Uruzgan….
Uit recente peilingen onder het Nederlandse Volk blijkt
echter dat Defensie met stip bovenaan staat als er wederom gezocht moet worden
naar een bezuinigingspost. Uit onwetendheid, gemakzucht, zelfgenoegzaamheid,
een vals gevoel van veiligheid?
Of, en dat reken ik onze opeenvolgende regeringen zeer aan:
omdat onze politici en bestuurders de moed niet hebben om het Nederlandse Volk
er op te wijzen dat het in stand houden van een behoorlijke Defensie tot hun
primaire verantwoordelijkheid behoort om de belangen van het Koninkrijk der
Nederlanden in stand te houden? Hoezo ‘Je Maintiendrai’? Ook dat is een
inhoudsloze kreet geworden, behalve dan op 4 en 5 mei. De gevallenen die wij
dan herdenken, de bevrijding die wij dan vieren, zij zouden zich in hun graf
omdraaien als ze zouden weten wat een potje er nu, 67 jaar na de Tweede
Wereldoorlog van Defensie gemaakt wordt.
Dat kan niet, dat mag niet, die overtuiging, dat gevoel,
moet de snaar raken van al die Nederlanders die bereid zijn om Nederland weer
die plaats te geven in de internationale gemeenschap die zij ooit heeft
verworven, en ja, daar hoort ook een geloofwaardige defensie bij.
Dat zal duidelijk gemaakt moeten worden aan onze dames en
heren in Den Haag, die slechts bezig zijn met boekhoudkundige opgaven en zich
blijkbaar niet bewust zijn dat een natie niet alleen maar bestaat uit geld,
inkomen, zorg, pensioenen en beleggingen op de beurs.
Oproep aan de regering
Den Haag kom tot zinnen, bouw aan een Nederland dat weer het
Koninkrijk der Nederlanden is, integer, ingetogen, zonder arrogantie, toon
wijsheid, draag onze lijfspreuk ‘Je Maintiendrai’ weer met fierheid uit, stop
de eenzijdige gerichtheid op financieel eigenbelang, maar richt u des te meer
op die intrinsieke waarden waardoor het waard is om in het Koninkrijk der
Nederlanden te leven, er van te houden voor nu, maar ook en juist voor straks,
voor onze kinderen en de generaties daarna.
Als ondergetekende minister van Defensie zou zijn dan zou
hij bovenstaande zeer ter harte nemen en terdege rekening houden met onze
internationale, economische belangen, met een open economie, die zo afhankelijk
is van wat er in de wereld gebeurt, dat als ergens in China een muis gaat
piepen, het in Nederland al gaat kraken.
Wij hebben een degelijke, moderne en consequent
gefinancierde krijgsmacht nodig om onze economische belangen te beschermen maar
zeer zeker ook om als 16e economische natie en 9e exportland in de wereld, onze
invloed in de gezaghebbende internationale fora te vergroten, om daardoor onze
positie internationaal te verankeren. Dat zijn wij verplicht aan onze
bevolking, aan alle opeenvolgende generaties die in dit land willen en zullen
leven en dat zijn niet alleen – alweer zo’n modewoord – de
belastingbetalers...!
Come fly with me naar een moderne, flexibele, snel inzetbare
en verantwoord gefinancierde krijgsmacht.
Als minister van Defensie zou ik de regering voorstellen om
de volgende maatregelen te nemen:
Defensiebudget
Vastlegging van een minimaal percentage van 2% BNP in de
Grondwet. Het defensiebudget dient in de komende vier jaar te groeien naar een
absoluut minimum van 2% van het BNP, d.w.z. gerekend vanaf heden een groei
van € 7 miljard naar € 10 miljard in 2016. Ten opzichte van het al
eerder genoemde Gezondheidsbudget van € 70 miljard is deze ‘zorgpremie’ zeer
bescheiden.
Uitgaande van het feit dat onze huidige krijgsmacht als
‘expeditionary force’ overal ter wereld inzetbaar moet zijn om onze belangen te
behartigen zou ik de volgende maatregelen voorstellen:
Landmacht
De landmacht wordt ‘omgebouwd’ tot een drietal werkelijk
operationeel inzetbare Luchtmobiele Brigades met geloofwaardige professionele
ondersteuning van high tech materieel zoals transport- en gevechtshelikopters,
cyberwarfare, goede inlichtingen, en een lichte logistiek, uiteraard nauw
samenwerkend met eenheden van de luchtmacht.
Daarnaast een drietal roterende flexibel ingerichte brigades
van commandotroepen die opereren als elite eenheden en met adequate bewapening
snel ingezet kunnen worden in crisishaarden. Geïntrigeerde samenwerking met het
Korps Mariniers staat voorop, waarbij de Landmacht met zijn eigen specialiteit
als ‘Special Operations Capable Force’ in staat is om zgn. ‘chirurgische operaties’
uit te voeren.
Om het verlies aan operationele slagkracht van tanks op het
gevechtsveld te compenseren is een joint benadering een must. Weliswaar is
onlangs het CV-90 gevechtsvoertuig ingevoerd, dat een deel van de taken van de
tank in het stadsgevecht kan overnemen. Maar een lichte, hightech, low-boots
landeenheid kan niet zonder gegarandeerde joint vuursteun: vanuit de lucht met
Apaches en JSF, vanaf zee met lange-afstand-munitie en tactische
kruisvluchtwapens en vanaf land met de pantserhouwitzer. Kortom, een flexibele
landmacht, in aantal manschappen afgeslankt, doch hoogwaardig opgeleid en
professioneel toegerust om in oorlogsoperaties vooral snel, flexibel en zonder
zware logistieke aanwezigheid te kunnen optreden.
Luchtmacht
Op korte termijn start van het vervangingsprogramma voor de
F-16 met een zestigtal JSF fighters. Uitbreiding van het aantal Apache
gevechtshelikopters en Chinook transport helikopters. Samenvoegen van de
Patriot squadrons met de Duitse eenheden tot een volwaardige Europesetactical
ballistic missile eenheid. Uitbreiding naar vier tankvliegtuigen, het aantal
Hercules transportvliegtuigen uitbreiden naar zes.
Aanpassing van het huidige geïntegreerde commandovoering en
communicatienetwerk tussen landmacht, marine en luchtmacht, zodat onze
krijgsmacht als één geïntegreerd geheel inzetbaar is tot in het hoogste deel
van het ‘geweldsspectrum’.
Marine
Bovenwater vloot: MidLife conversion van de twee Multi
Purpose fregatten afronden en vervroegde vervanging van deze klasse uitvoeren,
waarbij het aantal wordt opgehoogd tot vier schepen, op basis van het beproefde
concept van Damen Shipyards, met innovatieve Thales radartechnologie.
Bewapening van de huidige vier Luchtverdedigingsfregatten
uitbreiden met cruise missiles en SM-3 onderscheppingsraketten tegen
ballistische aanvallen. Daarmee maken we de ongefundeerde bezuiniging – het was
‘politiek te lastig’ - van een eerdere minister van Defensie ongedaan en tellen
we internationaal weer mee.
De vier Ocean Patrol Vessels van de Hollandklasse uitbreiden
met twee nieuwe eenheden, met name gericht op de bestrijding van de piraterij,
drugs- en mensenhandel. Voorzie deze schepen van eenvoudige
luchtverdedigingscapaciteit op basis van bestaande radars en wapens.
Nieuwbouw van vier ocean-going mijnenvegers zodat er een
aantal van tien schepen operationeel inzetbaar is voor zowel vegen als jagen,
waar binnen de NAVO als geheel een groot gebrek aan is. Zo spoedig mogelijke in
dienst stelling van het Joint Support Ship dat in aanbouw is. Aanschaf, samen
met de luchtmacht, van ten minste één squadron lange afstand
patrouillevliegtuigen, bij voorkeur onbemand, als ogen en oren van onze vloot.
Onderwatervloot: Vervanging van de vier ruim 30 jaar diesel
voortgedreven oude onderzeeërs door vier nieuwe onderzeeërs die adequaat zijn
toegerust om de nieuwe diverse en complexe bedreigingen en gevaren in ons
huidige en toekomstige tijdsbestek het hoofd kunnen bieden. Voorbeelden zijn
area denial, het beveiligen van maritieme knooppunten en het onontbeerlijke
inwinnen van inlichtingen onder de kust, zodat een geloofwaardige en moderne
inzetbare onderzeedienst voor de komende generaties de Nederlandse belangen kan
ondersteunen.
En tot slot, waar het echt om gaat:
Nederland heeft besloten om over te gaan tot een
beroepsleger. Behandel onze militairen dan ook als beroepsmilitairen en niet
als ambtenaren, dat is nl. een wezenlijk verschil. Geef onze beroepsmilitairen
de beste opleiding, training, bewapening, oefenmogelijkheden, en
carrièremogelijkheden om hun leven inderdaad in dienst te kunnen stellen van
God, Koningin en Vaderland, militairen die indien noodzakelijk met overtuiging
zelfs bereid zijn hun leven te geven.
Daarom zijn het geen ambtenaren, maar militairen. Zij
belichamen met fierheid onze lijfspreuk ‘Je Maintiendrai’; wij als Nederlanders
kunnen alleen maar respect voor ze hebben, daar hebben zij recht op.
Bovenstaande is een schets zoals ik graag zou zien dat de
Nederlandse Defensie vorm krijgt in de komende 4 - 8 jaar. Sceptici zullen
zeggen: ‘die man droomt’, of wat al heel gauw gezegd wordt: ‘hier is geen
draagvlak voor’. Dat cynisme, die houding, heeft al te lang geduurd.
Het gaat er niet om dat het niet kan, het gaat er om wat wij
willen, in het belang van een respectabele positie van het Koninkrijk der
Nederlanden in de internationale gemeenschap, voor nu, en straks als wij al te
ruste gelegd zijn.
Het gaat om vrede, veiligheid, welvaart en welzijn,
begrippen die in de geschiedenis der mensheid altijd zijn bevochten, zolang de
mensheid er is – dat zal nooit eindigen, wij zijn namelijk mensen. Daar moeten
wij voor blijven waken, we hebben nog niet zo lang geleden ondervonden hoe
broos deze begrippen zijn.
‘There is no such thing as a free ride’ om maar eens een
Amerikaans gezegde aan te halen, wij zijn het aan degenen die hun leven hebben
gelaten in de Tweede Wereldoorlog verschuldigd; zij hebben het mogelijk gemaakt
dat wij in voorspoed en vrede tot nu toe hebben kunnen leven. Dat hebben wij in
ere te houden, anders hebben zij hun leven helemaal voor niets gegeven en zijn
wij geen knip voor onze neus waard. Dan zijn 4 en 5 mei loze relikwieën
geworden.
Dat moeten wij ons als Nederlanders goed realiseren, die
snaar moet in ons gevoel weer geraakt worden, dat zullen de dames en heren in
Den Haag zich ter harte moeten nemen en zij zullen er naar moeten handelen.
Een voorstel
Bijna alle militairen, dat zijn er 50.000, zijn op Facebook
of LinkedIn actief. De meeste mensen hebben gemiddeld 100 ‘vrienden’. Als
iedereen deze boodschap op zijn profiel zet bereiken we dus al vijf miljoen
mensen. Als zij deze boodschap allemaal aan hun familie doorsturen, is de hele
Nederlandse bevolking op de hoogte van de deplorabele toestand van ’s lands
Defensie. Dat moet toch een signaal afgeven aan de politiek, lijkt me.
Come Fly with me.
Ton Welter heeft als waarnemer bij vliegtuigsquadron 320 van
de Marine Luchtvaart Dienst bij de KM gediend, van 1971-1978. Hij is nu
directeur/eigenaar van The Initiator and Company
Geen opmerkingen:
Een reactie posten