maandag 2 december 2013

' East meets West ' Symposium over opkomst supermacht China




Rotterdam, 14 november 2013 – Nederland loopt een groot risico om economisch en

politiek van het wereldtoneel te worden weggespeeld. Niet in de laatste plaats omdat

China z’n historische plaats als ’s werelds grootste supermacht terug aan het claimen

is. Terwijl wij ons defensieapparaat in de uitverkoop hebben gegooid, zijn de Chinezen

hun gevechtskracht aan het opbouwen en wereldwijd strategische posities aan het

innemen. Deskundigen werpen een ontnuchterend licht op de nieuwe wereldorde

tijdens de door de KIM Alumni Vereniging georganiseerde Johan de Witt-lezing 2013.

“Nederland zal er veel meer rekening mee moeten houden hoe wij ons opstellen ten opzichte

van het buitenland. Onze houding ten opzichte van Oost-Europeanen heeft bijvoorbeeld een

rol gespeeld bij een deal tussen de havens van Rotterdam en Constanta. Maar ook het

leveren van militaire bijdragen speelt een rol bij de gunfactor waar we als Nederland op

kunnen rekenen bij bijvoorbeeld het bekleden van hoge functies bij internationale

organisaties. Als we niet, of steeds minder bijdragen, zullen we ook geen steun krijgen van

andere landen. En als we geen hoge functies in internationale organisaties bekleden, zullen

we internationaal steeds minder invloed krijgen. Dan wordt Nederland weggespeeld.”, aldus

Prof. Dr. Rob de Wijk, directeur van het The Hague Centre for Strategic Studies, tijdens de

Johan de Witt-lezing 2013. Het reciprociteitsbeginsel bleek een terugkerend thema tijdens de

presentaties in de Van Ghentkazerne in Rotterdam.

China als militaire grootmacht

Rob van Doorn, voorzitter van de KIM Alumni Vereniging, wond er geen doekjes om tijdens

zijn welkomstwoord: “Wij denken hier in Nederland veel te vaak dat wij het centrum van de

wereld zijn. Maar als je moeite neemt om eens keer naar bijvoorbeeld een Chinees te

luisteren – zoals wij vandaag naar de Chinese generaal buiten dienst Ching Tung Man

mogen gaan luisteren – krijg je een heel ander beeld voorgeschoteld.” Nou, dat Ching de

wereld vanuit een heel ander perspectief schetste was wel duidelijk. Hij was kraakhelder in

zijn uiteenzetting over de Chinese kijk op de ontwikkelingen in de wereld, op Europa, en in

het uiteenzetten van de Chinese ambities. De titel van het programma “East meets West

or… East beats West” was niet toevallig gekozen. De generaal maakte indringend duidelijk

dat de oprukkende economische grootmacht China bepaald niet overwegend gecharmeerd

is van de Europese Unie. Met name de wapenboycot vormt een belemmering die China

dwingt om zelf technologie op dit vlak te ontwikkelen. En dat de volksrepubliek zich militair

wil ontwikkelen, wordt gezien als een vanzelfsprekende noodzakelijkheid. Ching: “China

heeft een bevolking van 1,4 miljard mensen. Als het bij ons niet goed gaat met de economie,

dan gaat het wereldwijd niet goed. De statements die ik maak zijn niet bedoeld om onze

spierballen te laten zien. Wij hebben gewoon een veilige omgeving nodig om economisch

verder te kunnen groeien.”


Scepsis over Peaceful Rise

Professor Jonathan Holslag, verbonden aan het Brussels Institute of Contemporary Chinese

Studies (BICCS) van de Universiteit van Brussel, toont zich uitgesproken sceptisch over de

vreedzame opmars van China in de wereld. “De rationale die de Chinese machthebbers

aanvoeren bevat een aantal paradoxen waardoor de officiële strategie van de Peaceful Rise

niet zo geloofwaardig is.” Holslag schetste vier paradoxen: 1) Het ideale wereldbeeld van de

Chinese machthebbers staat op gespannen voet met hun opvatting van de realiteit zoals die

nu is. De leiders vrezen dat de wereld zich tegen China richt. En omdat ‘vliegen alleen om

een ei cirkelen waar barstjes in zitten’ kan het land maar beter beschikken over een sterke

krijgsmacht. 2) In de deals die China sluit wordt altijd gesproken over een win-win-situatie,

maar in de praktijk zit er wel meestal meer winst in voor China dan voor de internationale

partners. 3) Het liberalisme dat wordt beleden (met onder andere als uitgangspunt dat

wereldwijd vrije handel moet kunnen worden gedreven) staat in contrast met een duidelijk

nationalistische strategie. En 4) China lijkt zich door zitting te nemen in allerlei nieuwe

internationale organisaties in te bedden in internationale structuren. Maar tegelijk is er het

Gulliver syndrome: de angst om als reus te worden vastgesnoerd door allerlei kleinere

landen.

Plezierig samengewerkt

Schout-bij-nacht Ben Bekkering, in 2012 bevelhebber van de maritieme NATO en EU

operaties in het kader van piraterijbestrijding in de Golf van Aden, heeft ervaren dat er met

de Chineze marinecollega’s heel goed samen te werken valt. “Ik stond daar als commandant

voortdurend in contact met officiële vertegenwoordigers van wel vijftien nationaliteiten. We

hadden per land te maken met een veelheid aan ministeries en andere instanties. Voor zo’n

beetje alles dat we wilden doen was afstemming nodig en moesten we toestemming zien te

krijgen. De Chinezen waren eerlijk gezegd het makkelijkst benaderbaar en het meest

coöperatief. Wij hebben met hun marine uitstekend samen kunnen werken. Met bijvoorbeeld

de Indiaase marine hebben we nauwelijks samengewerkt. Dat contact liep toch gewoon

lastiger.” Bekkering vertelde ook dat de Chinezen het opmerkelijk vonden dat de richtlijnen

voor het Europese militaire optreden in de Golf blijkbaar door 27 landen werden bepaald. “Zij

konden zich nauwelijks voorstellen dat wij daar onze instructies van kregen. En toch is dat

zo. En in de praktijk werkt het nog ook.” Overigens maakte de schout-bij-nacht hier wel een

kanttekening bij: “Soms was het nodig dat we onder nationale vlag bepaalde dingen deden.

Dan kon er iets niet onder NAVO-vlag, of onder verantwoordelijkheid van de EU.”

Gewoon patrouilleren

Het fenomeen dat in de context van internationale vredesoperaties landen hun marines ook

expliciet hun eigen nationale taken opdragen, kwam Bekkering onder andere tegen in de

Middellandse Zee, als commandant van de NAVO-operatie Active Endeavor. “Als je naar de

wereldkaart kijkt, lijkt het erop dat de meeste grensconflicten tussen landen wel zijn opgelost,

of in kaart zijn gebracht. Wat weinig mensen zich realiseren is dat dat voor heel veel

zeegebieden helemaal nog niet geldt. Er zijn tal van gebieden waarvoor geldt dat er geen

overeenstemming is tussen landen over de Exclusieve Economische Zone. Redelijk dicht bij

huis bevindt zich zo’n omstreden stukje zeegebied zich aan de Noordkant van Israël. En

bijvoorbeeld Turkije erkent geen Exclusieve Economische Zone van Cyprus. Die zien de

wateren rond dat eiland gewoon als onderdeel van de Turkse Economische Zone. Toen wij

daar rond voeren in de Middellandse zee zagen we voortdurend marines van allerlei landen

hun eigen operaties uitvoeren. Een heel bijzondere situatie waarvan wij ons als onderdeel

van een NAVO-vredesmissie ook afvroegen hoe we daar meer om moesten gaan. ‘Gewoon

patrouilleren’, was de opdracht. Dus nou, dat hebben we gedaan.”

Van geopolitiek naar geo-economie

Dat het in de toekomst niet bij ‘gewoon patrouilleren’ zal blijven, lijkt voor de hand te liggen.

De Wijk: “Er is een nieuwe wereldorde aan het ontstaan. Niet-westerse landen die ook

economische groei nastreven houden een pleidooi voor allerlei nieuwe clubs. In de

geopolitiek komt de focus steeds meer te liggen op grondstoffenbelangen. Voor veel

grondstoffen geldt dat diversificatie van verwerving niet mogelijk is. Eenvoudig omdat de

meeste grondstoffen die belangrijk zijn voor de wereldeconomie exclusief gewonnen worden

in bepaalde landen.” Fosfaat bijvoorbeeld, zo vertelde De Wijk, wordt eigenlijk alleen

gevonden in Marokko. En wij zijn als Nederland naar verhouding enorm afhankelijk van dat

fosfaat, dat wij onder andere gebruiken als grondstof voor kunstmestproductie. En zo geldt

ook voor China dat bepaalde belangrijke grondstoffen die het land nodig heeft om z’n

economie te laten groeien afkomstig zijn uit ondermeer landen in Afrika. “Gezien de

oplopende schaarste aan grondstoffen ligt het voor de hand dat landen hun economische

belangen veilig zullen willen stellen. Ook met militaire middelen.” De Chinese reus zal z’n

invloed zeker in toenemende mate laten gelden, voorspellen de analisten. De Wijk: “Te meer

omdat China tot circa 1820 in absolute zin de grootste economie ter wereld was. China is in

de ogen van de Chinezen na een kleine tweehonderd jaar bezig met een economische

wederopstanding. Zij zullen vanuit hun beleving gewoon hun rechtmatige plek in de

wereldeconomie weer willen innemen. Zo werkt dat psychologisch nu eenmaal.”

Wake-up call

Het veiligstellen van grondstoffen die nodig zijn om de economie te laten groeien; het is

gewoon een kwestie van machtspolitiek. “Economische groei is nodig om van instabiliteit af

te komen. Dus moet je toegang hebben tot grondstoffen. Je moet invloed hebben in die

landen waar je van afhankelijk bent. En natuurlijk moet je militaire bases hebben om aan- en

afvoerroutes veilig te stellen.”, verklaart De Wijk de opbouw van de Chinese marinevloot en

haar aanwezigheid op steeds meer plekken op de wereld. “Het is hoog tijd dat we in Europa

wakker worden uit onze strategische winterslaap. De wereld is enorm veranderd. Mensen die

zeggen ‘de markt zal zelf z’n werk wel doen’ die zeggen eigenlijk dat ze geen idee hebben

waar ze mee bezig zijn.”, zo stelt hij. “
China is enorm voor internationale samenwerking.”,

verklaart generaal Ching. “Wij investeren in goede communicatie en het bevorderen van

wederzijds begrip. We lenen liever miljarden aan Amerika om daarmee meer begrip te

krijgen voor de Chinese belangen, dan dat we een oorlog aangaan met de Verenigde

Staten.”. Het moge duidelijk zijn, Westerse landen zullen China nog veel meer gaan

tegenkomen. Als handelspartner, of als concurrent. En ook de Chinezen laten zich de kaas

niet van hun brood eten. Holslag: “Er wordt wel gezegd dat Europa is veranderd van een

supermacht in een supermarkt. Maar Nederland lijkt meer op een outletstore voor Chinese

producten. Kijk maar eens naar hoe Nederland plat op z’n buik is gaan liggen voor de import

van Chinese zonnepanelen.” Of zoals Van Doorn tijdens het naparaten over de Johan de

Witt-lezing het zei: “We zijn in Nederland hoofdzakelijk met onszelf bezig. Ten tijde van Colijn

werd er gezegd: ‘Gaat u maar rustig slapen. De regering waakt.’ Levensgevaarlijk. Het is

hoog tijd dat we hier eens keer wakker worden met z’n allen en ons verdiepen in wat andere

mensen in het Oosten eigenlijk drijft.”


Mensenrechten, democratie en het belerende vingertje

En waar de professoren en de generaal het onderling over eens waren, is dat Europa niet al

te serieus genomen hoeft te worden. Want hoe kun je een belerend vingertje opsteken terwijl

je zelf je zaken niet goed op orde hebt?
Of zoals een van de toehoorders de organisatie na

afloop toevertrouwde: “Inhoudelijk bleef de Chinese generaal wat op de vlakte, ondanks zijn

openheid over een aantal zaken. Maar hij liet wel heel duidelijk zien hoe de Chinezen

denken en dat ze op zich vreedzaam willen zijn. Als het moet zullen ze echter keihard voor

hun eigen belang opkomen. De vraag van de laatste vragensteller uit de zaal was zeer

kenmerkend voor de houding van de EU ten opzichte van China; die ging over

mensenrechten en democratisering. Dat is precies het normatieve gedrag dat de Chinezen

verafschuwen. En dit soort vragen negeert hij dan ook gewoon. Sinds gisteren begrijp ik dat

dit met name is omdat de EU door hen niet heel serieus wordt genomen, als een soort

onderling kibbelende betweters die hun eigen zaken niet op orde hebben. In dat laatste
hebben ze nog gelijk ook.”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten